Palmbomen worden steeds populairder. De meeste soorten komen voor in de tropen, subtropen en het gebied rondom de Middellandse Zee. Er bestaat ook een winterharde soort van de palmboom die van origine aan de rand van het Himalaya gebergte groeit. Deze palm Trachycarpus fortunei, (Chinese waaierpalm) en ook Trachycarpus wagnerianus (wagnerpalm) kunnen zonder problemen temperaturen verdragen tot -15ºC. Hierdoor kun je deze palmen ook in ons klimaat in je tuin planten. Alle palmsoorten zijn daarnaast ook geschikt om in potten te groeien.
Verzorging
Palmen hebben geen warm klimaat nodig om te groeien, ze groeien juist in koel en vochtig weer. Veel vocht en een lichte plek in de zon of halfschaduw is ideaal voor palmen. Laat de pot niet uitdrogen, dus geef regelmatig water. Een plekje beschut tegen wind heeft de voorkeur. Geef palmen in pot en in de volle grond elk voorjaar een langzaam werkende meststof, zo zullen ze optimaal gaan groeien. Als je palmen gaat verpotten, gebruik dan speciale palmengrond. Zorg voor een goede afwatering dus breng onderin de pot een laag kleikorrels aan. Zorg voor een gat onderin de pot, zodat overtollig water weg kan lopen.
Overwintering
De niet winterharde palmen moeten vanaf oktober naar binnen. Zet ze ’s winters op een koele lichte en vorstvrije plek waar de temperatuur constant is. Zorg dat de kluit niet uitdroogt. Palmen die buiten blijven, in de volle grond of in pot, moeten worden ingepakt. Dit kan met speciaal winterdoek en evt. warmtekabels. Als palmen na de winter weer naar buiten gaan, laat ze dan geleidelijk aan de zon, zodat hun bladeren niet verbranden.
Snoeitips
De meeste palmen hebben in het voorjaar snoei nodig. Knip bruine of aangetaste bladeren af, zo kan de palm zijn energie gebruiken voor de vorming van nieuw blad.