Dit huisje in elkaar zetten is heel eenvoudig, eigenlijk heb je alleen een hamer nodig. Kijk goed naar de tekening en ga voorzichtig te werk.
Tik de deuveltjes (de houten spiesjes) met weinig kracht stukje voor stukje in de deuvelgaatjes. Let er goed op dat je deuveltjes netjes recht houdt, dus haaks op het hout, want eenmaal vast zijn ze erg moeilijk los te krijgen.
Lijmen hoeft niet, maar voor extra stevigheid kun je het best een paar druppeltjes houtlijm gebruiken.
Over de bewoners...
Dit huisje is een ideale schuilplaats tegen regen, wind en koude voor vrolijke fladderaars als de Dagpauwoog, Kleine vos, Koolwitje, Atalanta en Citroenvlinder.
Groot of klein, elke Vlinder schuilt graag in jouw speciale Vlinderhuisje.
Vlinders hebben de warmte van de zon nodig om te kunnen vliegen. Daarom zit een Vlinder vaak met z’n vleugels open te zonnen. Als hij dan lekker is opgewarmd, stijgt ‘ie op en fladdert rond op zoek naar voedsel.
De meeste Vlinders eten nectar, dat is het stroperige goedje wat in bloemen zit.
Vlinders vallen op door hun prachtig gekleurde vleugels, maar daar worden ze niet mee geboren. In het voorjaar leggen Vlinders honderden eitjes. Uit die eitjes kruipen Rupsen. De Rupsen eten zich helemaal rond en dik aan blaadjes, Als ze vol zitten, spinnen ze op een rustig plekje een soort slaapzak om zichzelf heen, een pop.
Na een tijdje kruipen ze daar als een echte Vlinder weer uit. Bijzonder hè?
In de winter houden veel Vlinders een winterslaap. Net als wanneer ze schuilen in de zomer, hangen ze dan graag aan een tak of een blad. Ze zijn dus heel blij als jij een paar takjes schuin in het huisje zet, zodat ze lekker warm en droog kunnen luieren.
Waar hangt jouw Vlinderhuisje?
Om je huisje stevig op te hangen gebruik je beide gaatjes in de achterzijde. En dat is best een secuur karweitje. Vlinders gebruiken jouw huisje als veilige schuilplaats. Zoek daarom een beschut plekje met weinig wind en waar het niet kan inregenen. De ingang kan het beste richting het oosten hangen. Hoe hoog je'm hangt maakt niet zoveel uit.
Het is zelfs leuk om het huisje op ooghoogte te hangen, dan kun je af en toe even naar binnen gluren. Het is voor Vlinders wel heel fijn als jouw huisje in de buurt hangt van planten, bloemen en struiken zoals een vlinderstruik, lavendel, meidoorn of braam. Zo zorg jij voor meer Vlindervriendjes in de buurt, kunnen de Vlinders lekker eten en raken ze nooit de weg naar huis kwijt.
PIMP je PLONK!
Als je huisje helemaal klaar is, wil je het natuurlijk zo snel mogelijk ophangen voor je gevleugelde vriendjes. Dat kan prima onbehandeld. Maar als je er langer plezier aan wilt beleven, is het verstandig om je huisje van buiten te beschilderen. En da's nog heel leuk ook! Kijk eens in de schuur wat er nog aan verf of beits in huis is (het liefst op waterbasis). Of ga lekker met stiften aan de gang en lak het daarna af. Maak er iets vrolijks van in jouw eigen stijl!
Maak een PLONK kijkdoos!
Heb je nog geen genoeg van al het knutselen? Maak dan van de verpakking een mooie kijkdoos!
